Of Death I try to think like this
Of Death I try to think like this,
The Well in which they lay us
Is but the Likeness of the Brook
That menaced not to slay us,
But to invite by that Dismay
Which is the Zest of sweetness
To the same Flower Hesperian,
Decoying but to greet us –
I do remember when a Child
With bolder Playmates straying
To where a Brook that seemed a Sea
Withheld us by it’s roaring
From just a Purple Flower beyond
Until constrained to clutch it
If Doom itself were the result,
The boldest leaped, and clutched it –
F1588/J1558/1882
Over de dood denk ik zo,
De Put waarin ze ons leggen
Is slechts een Gelijkenis voor de Rivier
Die niet dreigt om ons te doden,
Maar ons welkom heet met zo’n Ontsteltenis
Dat het een Smaak van zoetheid geeft
Aan de Hemelse Bloem zelf,
Enkel om ons te lokken en te begroeten –
Ik herinner me nog dat ik als Kind
Met stoere Speelkameraadjes afdwaalde
Naar waar de Rivier op een Zee leek
En die ons met zijn geruis tegenhield
Van een Paarse Bloem net aan de overkant
Tot verbeten om haar te grijpen
Al zou het uitdraaien op het Noodlot zelf,
Met de stoerste sprong, en haar beetpakte –
Varianten:
– voor regel 15: “Where Doom itself the penalty –“ (Waar Verdoemenis zelf straft);
– voor “boldest” (regel 16): “bravest” (dapperste).