Superfluous were the Sun
Superfluous were the Sun
When Excellence be dead
He were superfluous every Day
For every Day be said
That syllable whose Faith
Just saves it from Despair
And whose “I’ll meet You” hesitates
If Love inquire “Where”?
Upon His dateless Fame
Our Periods may lie
As Stars that drop anonymous
From an abundant sky.
F1013/J999/1865
De Zon zou van geen nut zijn
Wanneer de Allerbeste gestorven is
Elke Dag zou ze geen nut hebben
Want elke Dag wordt die lettergreep
Uitgesproken waarvan het Geloof
Het net redt van de Wanhoop
En waarvan “Ik zal je terugzien” aarzelt
Als de Liefde vraagt “Waar”?
Op Haar tijdloze Roem
Kunnen onze Tijden tot rust komen
Als Sterren die naamloos vallen
Uit een overvolle hemel.