The Trees like Tassels – hit – and swung
The Trees like Tassels – hit – and swung –
There seemed to rise a Tune
From Miniature Creatures
Accompanying the Sun –
Far Psalteries of Summer –
Enamoring the Ear
They never yet did satisfy –
Remotest – when most fair
The Sun shone whole at intervals –
Then Half – then utter hid –
As if Himself were optional
And had Estates of Cloud
Sufficient to enfold Him
Eternally from view –
Except it were a whim of His
To let the Orchards grow –
A Bird sat careless on the fence –
One gossipped in the Lane
On silver matters charmed a Snake
Just winding round a Stone –
Bright Flowers slit a Calyx
And soared upon a Stem
Like Hindered Flags – Sweet hoisted –
With Spices – in the Hem –
‘Twas more – I cannot mention –
How mean – to those that see –
Vandyke’s Delineation
Of Nature’s – Summer Day!
J606/F523/1862
De bomen – sloegen als Kwastjes – en zwaaiden –
Van Kleine Wezentjes
Leek er Muziek op te stijgen
Die de Zon begeleidde
Zomerpsalmen van ver –
Die het Oor bekoren
Ze hebben nog nooit zo’n voldoening gegeven –
Wat van ver komt – is des te mooier
De Zon scheen volop, met tussenpozen –
Half – of helemaal verborgen –
Alsof Hij zelf facultatief was
En Landerijen van Wolken had
Genoeg om Hem te omhullen
Uit beeld voor eeuwig –
Alleen voor een bevlieging van hem
Om de Boomgaarden te laten groeien –
Een Vogel zat nonchalant op het hek –
Eentje was aan het roddelen in de Steeg
Glinsterende dingen bezwoeren een slang
Gewoon om een steen gewikkeld.
Glanzende Bloemen scheurden een Bloemkelk open
En zweefden op een stengel
Zoals Vlaggen verstrikt – zacht gehesen –
Met Geuren – in de Zoom.
Er was zoveel meer – wat ik niet kan zeggen –
Hoe triviaal – voor wie het zien –
Een Van Dyck Beschrijving
Van een Zomerdag – van de Natuur!