These are the Signs to Nature’s Inns
These are the Signs
———-to Nature’s Inns –
Her invitation broad
To Whosoever famishing
To taste her mystic Bread –
These are the rites of Nature’s House –
The Hospitality
That opens with an equal width
To Beggar and to Bee
For Sureties of her staunch Estate
Her undecaying Cheer
The Purple in the East is set
And in the North, the Star –
F1106/J1077/1865
Dit zijn de Uithangborden
———-voor de Herbergen van de Natuur –
Haar open uitnodiging
Voor iedereen die honger heeft
Om haar mystieke Brood te proeven –
Dit zijn de riten van het Huis van de Natuur –
De gastvrijheid
Die open staat met gelijke omvang
Voor Bedelaar en Bij
Garant voor haar solide Staat
Van haar nooit afnemende Vreugde
Staat in het Oosten haar Paarse gloed
En in het Noorden, de Ster –
Mogelijk is het gedicht een lofrede op de natuur die eigen mystiek voedsel heeft in tegenstelling tot de christelijke visie van het heilig brood dat in de kerk gedeeld wordt.