When we stand on the tops of Things
When we stand on the tops of Things –
And like the Trees, look down –
The smoke all cleared away from it –
And Mirrors on the scene –
Just laying light – no soul will wink
Except it have the flaw –
The Sound ones, like the Hills – shall stand –
No Lighting, scares away –
The Perfect, nowhere be afraid –
They bear their dauntless Heads,
Where others, dare not go at Noon,
Protected by their deeds –
The Stars dare shine occasionally
Upon a spotted World –
And Suns, go surer, for their Proof,
As if an Axle, held –
J242/F343/1861
Als we op de hoogste Toppen staan –
En net als Bomen, naar beneden kijken –
De rook daar helemaal is verdwenen –
En Spiegels het toneel –
Vol in het licht zetten – geeft geen ziel een krimp
Behalve die barsten heeft –
De Integere zullen, zoals Heuvels – standhouden –
Geen Bliksemlicht, maakt hen bang –
De Volmaakte, zijn nergens bang voor.
Zij houden hun onverschrokken Hoofden hoog,
Waar anderen, ’s middags niet durven te gaan,
Zijn zij beschermd door hun daden –
Sterren durven soms te schijnen
Op een bevuilde Wereld –
Zonnen, zoeken met meer overtuiging, naar Bewijs,
Alsof een As, ze op hun plaats hield –
“Sound”: betekent hier sterk, solide, standvastig.]