The lonesome for they know not What –
The Eastern Exiles – be –
Who strayed beyond the Amber line
Some madder Holiday –
And ever since – the purple Moat
They strive to climb – in vain –
As Birds – that tumble from the clouds
Do fumble at the strain –
The Blessed Ether – taught them –
Some Transatlantic Morn –
When Heaven – was too common – to miss –
Too sure – to dote upon!
J262/F326/1861
Eenzaam want ze verlangen naar Wat ze niet bevatten –
Zijn – de Ballingen uit het Oosten –
Degenen die afdwaalden voorbij de Gouden horizon
In ’n te gek Feest –
En sindsdien – de paarse Gracht
Tevergeefs – trachten te beklimmen –
Als vogels – die uit de wolken tuimelen
En hakkelen in hun lied –
De gezegende Atmosfeer – leerde hen over –
‘n Transatlantische Ochtend –
Toen de hemel – overal was – niet te missen –
Te zeker – om erg van te houden!
“The lonesome for”: een uitdrukking die op meerdere manieren geïnterpreteerd kan worden. Het Emily Dickinson Lexicon houdt het op mensen die naar iets verlangen dat ze niet kunnen bevatten.
“Eastern Exiles” wederom een vaag begrip. Wie zijn ze? De eerste mensen, Adam en Eva, verbannen uit het Paradijs? Of wie een geestverruimende ervaring heeft gekregen? Of staat het voor iedere mens?
“Amber line”: de grens van het gouden morgenlicht.
“Purple Moat”: de grens van het purperen avondlicht. Als variant voor “Moat” schreef Emily Dickinson “West”. Zij proberen de nachtelijke hemel te beklimmen naar de plek waar de zon opkomt.
“Ether” gebruikt Emily Dickinson ook figuurlijk voor de heilige Geest, goddelijke inspiratie.]