↓
 

Emily Dickinson

Gedichten

Categorie archieven: Uncategorized

Bericht navigatie

<< 1 2 … 19 20 21 22 23 24 25 … 265 266 >>

A Lady red – amid the Hill

Emily Dickinson

A Lady red – amid the Hill
Her annual secret keeps!
A Lady white, within the Field
In placid Lily sleeps!

The tidy Breezes, with their Brooms –
Sweep vale – and hill – and tree!
Prithee, My pretty Housewives!
Who may expected be?

The Neighbors do not yet suspect!
The Woods exchange a smile!
Orchard, and Buttercup, and Bird –
In such a little while!

And yet, how still the Landscape stands!
How nonchalant the Hedge!
As if the “Resurrection”
Were nothing very strange!

F137/J74/1860

Een Dame in het rood – tussen de Heuvels
Bewaart haar jaarlijkse geheim!
Een witte Dame, in de Velden
Rust tussen vredige Lelies!

De nette Briesjes, met hun Bezems –
Vegen valleien – heuvels – en bomen!
Alsjeblieft, Mijn charmante Huisvrouwen!
Wie mag er verwacht worden?

De Buren vermoeden nog niets!
De Bossen lachen elkaar toe!
Boomgaard, Boterbloem, en Vogel –
In zo’n korte tijd.

En toch, hoe vredig blijft het landschap!
Hoe onbevangen de heg!
Alsof de “Wederopstanding”
Echt niets heel vreemds was!

“A Lady red” en “A Lady white” kunnen gezien worden als symbolen voor de zomer (de opstanding) en voor de winter (de dood).
“Prithee” is een ouderwetse samentrekking van ‘I pray thee’ en wordt vaak gebruikt voor ‘alsjeblieft’.
Variant voor “placid” (regel 4): “chintz and” (bloesem en).

To fight aloud is very brave

Emily Dickinson

To fight aloud is very brave –
But gallanter, I know
Who charge within the bosom
The Cavalry of Woe –

Who win, and nations do not see –
Who fall – and none observe –
Whose dying eyes, no Country
Regards with patriot love –

We trust, in plumed procession
For such the Angels go –
Rank after Rank, with even feet –
And Uniforms of Snow.

F138/J126/1860

Openlijk vechten is erg dapper –
Maar ik vind het, moediger,
Wie in eigen Boezem de strijd aangaan
Met de Cavalerie van de Pijn –

Die overwinnen, zonder publiek –
Die instorten – en niemand merkt het –
Geen land eert hun stervende ogen
Met Vaderlandsliefde –

We hopen, dat de Engelen voor hen
In een gevederde processie lopen –
Rij na Rij, met gelijke tred –
En in Uniformen van Sneeuw.

“Houses” – so the Wise Men tell me

Emily Dickinson

“Houses” – so the Wise Men tell me –
“Mansions”! Mansions must be warm!
Mansions cannot let the tears in,
Mansions must exclude the storm!

“Many Mansions,” by “his Father,”
I don’t know him; snugly built!
Could the Children find the way there –
Some, would even trudge tonight!

F139/J127/1860

“Huizen” – zo zeggen Wijze Mensen mij –
“Woningen”! Woningen moeten warm zijn!
Woningen laten geen tranen binnen,
Woningen moeten storm buiten houden!

“Vele Woningen,” zijn door “zijn Vader,”
Die Ik niet ken; knus gebouwd.
Konden Kinderen de weg vinden –
Sommigen, kropen vannacht nog erheen!

“Wise Men” verwijst naar dominees of theologen in de kerkgemeenschap.
“Many Mansions” verwijst naar het bijna letterlijke citaat uit het evangelie van Johannes: “In het huis van mijn Vader zijn vele woningen.” (Johannes 14,2)

Bring me the sunset in a cup

Emily Dickinson

Bring me the sunset in a cup –
Reckon the morning’s flagons up
And say how many Dew –
Tell me how far the morning leaps –
Tell me what time the weaver sleeps
Who spun the breadth of blue!

Write me how many notes there be
In the new Robin’s ecstasy
Among astonished boughs –
How many trips the Tortoise makes –
How many cups the Bee partakes,
The Debauchee of Dews!

Also, Who laid
———the Rainbow’s piers,
Also, Who leads the docile spheres
By withes of supple blue?
Whose fingers string the stalactite –
Who counts the wampum of the night
To see that none is due?

Who built this little Alban House
And shut the windows down so close
My spirit cannot see?
Who’ll let me out some gala day
With implements to fly away,
Passing Pomposity?

F140/J128/1860

Breng me een kopje zonsondergang –
Tel de morgendruppels op
En zeg eens hoeveel Dauw er is –
Zeg me hoe ver de morgen springt –
Hoe laat de wever gaat slapen
Die het uitgestrekte blauw heeft gesponnen!

Schrijf me hoeveel noten er zijn
In de extase van de nieuwe Roodborst
Tussen de verbaasde takken –
Hoeveel reizen de Schildpad maakt –
Hoeveel bloemkelken de Bij gebruikt,
Het Fuifnummer van de Dauw!

En, Wie heeft
———de pijlers voor de Regenboog gelegd,
En, Wie leidt de zachte sferen
Met vlechtwerk van elastisch blauw?
Wiens vingers hebben de stalactiet geregen?
Wie telt de kralen van de nacht
Om te zien dat er geen ontbreekt?

Wie heeft dit kleine Witte Huis gebouwd
En sluit de ramen zo potdicht
Dat mijn geest niets kan zien?
Wie laat me op ‘n feestdag uit
Met toestellen om weg te vliegen,
Voorbij het Aardse Bestaan?

“Cup” betekent zowel kopje als bloemkelk.
“Wampum”: wampum, kralen die Native Americans gebruikten als betaalmiddel.
“Alban” komt uit het Latin en betekent “wit”. Met het “Witte Huis” kan het lichaam bedoeld worden. Emily Dickinson heeft veel last van haar ogen en is daar medisch voor behandeld.
“Pomposity” is letterlijk zelfverheerlijking, maar betekent bij Emily Dickinson ook vaak het “aardse bestaan”.
Dit gedicht is geïnspireerd op het boek Job (38, 19–28), waarin Job en God met elkaar in discussie gaan. God vraagt of Job wel enige notie heeft over wat er op aarde gebeurt.
Variant voor “Tortoise” (regel 10): “Mullet” (Poon).

She died at play

Emily Dickinson

She died at play –
Gambolled away
Her lease of spotted hours,
Then sank as gaily as a Turk
Opon a Couch of flowers –

Her ghost strolled softly o’er the hill –
Yesterday, and Today –
Her vestments as the silver fleece –
Her countenance as spray –

F141/J75/1860

Ze stierf in haar spel –
Dartelde weg
Uit haar contract voor bonte uren,
Zonk toen als een blije Turk neer
Op een Bed van bloemen –

Haar spook dwaalde lichtjes over de heuvel –
Gisteren, en Vandaag –
Haar gewaden als een zilveren vacht –
Haar gezicht nevelachtig –

“Spotted”: gevlekt, bont. Elders schrijft ze dat de zon een bont gezicht heeft (F321). Het past in dit raadselachtige gedicht. Gaat de eerste strofe over de zon en het tweede over de maan (het spookbeeld van de zon)?

Cocoon above! Cocoon below!

Emily Dickinson

Cocoon above! Cocoon below!
Stealthy Cocoon, why hide you so
What all the world suspect?
An hour, and gay on every tree
Your secret, perched in ecstasy
Defies imprisonment!

An hour in Chrysalis to pass –
Then gay above receding grass
A Butterfly to go!
A moment to interrogate,
Then wiser than a “Surrogate,”
The Universe to know!

F142/J129/1860

Cocon daarboven! Cocon hieronder!
Slinkse Cocon, waarom verstop je zo
Wat heel de wereld kan raden?
Een uurtje, en vrolijk op elke boom
Strijkt jouw geheim, in extase neer
En tart elke vorm van Gevangen zijn!

Een uur in de Pop doorbreken –
En dan mag een Vlinder gaan
Vrolijk boven het terugdeinzende gras!
Nog even tijd voor een vraag,
Dan wijzer dan een “Rechter”
Om het Universum te verstaan!

Exultation is the going

Emily Dickinson

Exultation is the going
Of an inland soul to sea,
Past the houses – past the headlands –
Into deep Eternity –

Bred as we, among the mountains,
Can the sailor understand
The divine intoxication
Of the first league out from land?

F143/J76/1860

Een uitgelaten stemming is de gang
Van een landman de zee op,
Voorbij huizen – voorbij de kustlijn –
Diep de Eeuwigheid in –

Net als wij, die opgegroeid zijn in de bergen,
Kan een zeeman dan
De goddelijke dronkenschap begrijpen
Van die eerste zeemijl buiten de kust?

Bericht navigatie

<< 1 2 … 19 20 21 22 23 24 25 … 265 266 >>

Verzamelde
Gedichten
met Nederlandse
vertaling

  • Home
  • Index First Lines

  • Bloemlezing
  • Biografie
  • Fauna
  • Flora
  • Kunst
  • Leeswijzer
  • Links
  • Over deze site
  • Uitgaven
  • Zoeken ?

© Vertaling Adrie Lint – De vertaling mag met schriftelijke toestemming worden gebruikt voor niet-commerciële doeleinden.

↑